Digitalisering en uniforme regelgeving ziet NVTB (Nederlandse Vereniging van Toeleverende Bouwmaterialenindustrie) directeur Niels Ruijter als twee belangrijke ontwikkelingen binnen de bouwen bouwtoelevering. De digitalisering biedt kansen, niet alleen om efficiënter te werken, bijvoorbeeld door informatie makkelijker te kunnen delen tussen partijen in de bouwkolom. Daarnaast biedt het kansen op het gebied van duurzaamheid: wanneer informatie wordt gedeeld, kan makkelijk aan de duurzaamheidsknoppen worden gedraaid. Het is wel zaak dat niet iedere opdracht- of regelgeving het wiel gaat uitvinden op het gebied van duurzaamheid. Ruijter pleit voor een meer uniforme en integrale benadering van duurzaamheid.

Het interview vindt plaats in de thuisbasis van de NVTB: kantorenverzamelgebouw Regus in Amsterdam. De brancheorganisatie voor de
bouwtoelevering zetelde eerst in Den Haag. “Daar hadden we een statig kantoor. Nogal een schril contrast met de kantoren van sommige van
onze leden. Bovendien hadden we niet zoveel ruimte nodig. Een van de eerste dingen die ik in gang heb gezet toen ik het stokje overnam,
is het zorgen voor een nieuwe kantoorplek. We hebben hier een bescheiden kantoor, dat groot genoeg is voor ons drieën. ”Naast de directeur werken voor het NVTB beleidsmanager en een office- en communicatiemanager. “De ligging is ideaal: dichtbij het station.”

Ruijter vertegenwoordigt samen met zijn medewerkers de belangen van de bouwtoelevering. Actuele onderwerpen die spelen bij zijn leden zijn onder meer digitalisering en de stijgende energieprijzen. “Voor de lange termijn is het niet zo lastig om die hogere energielasten door te berekenen aan de klant, voor de korte termijn echter wel. Vaak zijn langlopende contracten getekend met afnemers, die niet zomaar aan te passen zijn.” Wat betreft de digitalisering ziet Ruijter veel kansen voor de bouw- en bouwtoelevering. “Digitalisering maakt het makkelijker om informatie te delen binnen de bouwkolom, zodat efficiënter kan worden gewerkt. De faalkosten gaan naar beneden, en de kwaliteit van bouwwerken kan worden verhoogd. Mits via een uniform systeem gewerkt wordt, anders kost digitalisering meer tijd.”

Die uniformiteit zou hij graag terugzien in het toepassen van bouwregels, eisen en wensen van onder meer opdrachtgevers. “We hebben in Nederland het Bouwbesluit, waar bouwwerken aan moeten voldoen. Daarin staan eisen opgenomen over bijvoorbeeld de constructieve veiligheid, brandveiligheid en milieueisen op het gebied van energie en duurzaamheid/circulariteit. Vooral bij die laatste onderwerpen verschillen de eisen nogal per project. Gemeente X stelt andere eisen op het gebied van duurzaamheid of circulariteit dan gemeente Y. Ook de prioritering van bepaalde onderwerpen verschilt. Waar de ene opdrachtgever focust op circulariteit, wil de andere vooral winst behalen op CO2 reductie. Een derde richt zich meer op stikstof, in verband met de invloed van stikstof op natuurgebieden, of is meer bezorgd over de waterkwaliteit van nabijgelegen oppervlaktewater. Dat maakt het lastig voor partijen in de bouwtoelevering om te bepalen waar ze zich op moeten richten. Die thema’s zijn bovendien aan trends onderhevig: nu is er bijvoorbeeld veel aandacht voor stikstof, maar over een aantal jaar kan de focus weer verschuiven naar een ander thema.” Lastig voor partijen in de bouwtoelevering, die vaak voor een langere termijn hun strategie bepalen. Zij kunnen niet zo snel op een ander paard wedden. Een ander probleem is volgens Ruijter dat opdrachtgevers weliswaar aanvullende eisen stellen op bijvoorbeeld duurzaamheidsvlak, maar vervolgens nauwelijks wordt gecontroleerd of het uiteindelijke bouwwerk aan deze aangescherpte eisen voldoet. 

Vaak wordt wel gecontroleerd of een bouwwerk aan de constructieve veiligheid en brandveiligheid volgens het Bouwbesluit voldoet. Maar op duurzaamheidsgebied is dat een ander verhaal. Ook ontbreekt het vaak aan kennis bij de opdrachtgever over hoe die extra duurzaamheidseisen moeten worden behaald. Dat betekent dat tijdens het bouwproces toch vaker wordt gekozen voor goedkopere materialen, die weliswaar niet voldoen aan die aangescherpte duurzaamheidseisen, maar wel de bouwkosten omlaag brengen. Dit leidt tot oneerlijke concurrentie: partijen in de bouwtoelevering die zich richten op de extra opgelegde duurzaamheidseisen, mogen uiteindelijk toch niet leveren, omdat bij onduidelijkheid wordt gekeken naar de economische voordelen. Door bij projecten telkens meer te willen dan de eisen die zijn opgenomen in het Bouwbesluit, wordt bovendien het hele systeem van certificatie buitenspel gezet. “Certificerende instellingen controleren of producten en processen tot resultaat leiden dat aan gestelde eisen voldoet. Dat levert een zo goed als waterdicht systeem op, waarbij de kwaliteit van een bouwwerk kan worden gegarandeerd. Wanneer er steeds verschillende aanvullende en afwijkende eisen worden gesteld aan een bouwwerk, is het lastiger om met certificaten aan te tonen dat je voldoet. Hierdoor kan de kwaliteit van een bouwwerk niet tegen dezelfde kosten worden gegarandeerd.” 

Ruijter pleit daarom voor meer uniformiteit en een meer integrale benadering van regelgeving op het gebied van duurzaamheid in het bijzonder. “Dat biedt partijen in de bouwtoelevering de kans om innovaties door te voeren die niet alleen de bouwkwaliteit ten goede komen maar ook goed zijn voor de verduurzaming.

PREFAB 2023 Jaarboek

In januari 2023 komt het PREFAB 2023 Jaarboek uit. Wilt u deze aanvragen of wilt u een positie in het Jaarboek? 

MAIL NAAR DE MOGELIJKHEDEN